Beta
versie -
Delen:

Neem maatregelen voor het verminderen van textiel op in een omgevingsprogramma

Juridische houdbaarheid
Hoog
Invloed
Beperkt
Overheidslaag
Gemeentelijk - Provinciaal - Nationaal  
R-ladder
R1 - 
R2 - 
R3 - 
R4 - 
R5 - 
R6  

In een omgevingsprogramma kun je maatregelen opnemen om circulariteit van textiel te bevorderen.

Hoe pas je het omgevingsprogramma toe?

De ambities voor circulair textiel die in de omgevingsvisie zijn opgenomen, kunnen verder uitgewerkt worden in een omgevingsprogramma. Op die manier worden ambities concreet en wordt daar gevolg aan gegeven.

Maatregelen voor circulair textiel kunnen opgenomen worden in een omgevingsprogramma.

Je kunt een omgevingsprogramma opstellen dat geheel gericht is op circulair textiel. Maatregelen over circulair textiel kunnen ook onderdeel zijn van een breder omgevingsprogramma, bijvoorbeeld over circulariteit of duurzaamheid.

Het is overigens niet noodzakelijk dat circulair textiel eerst in de omgevingsvisie wordt geregeld voordat je een omgevingsprogramma kan opstellen. Je kunt ook in een omgevingsprogramma een visie opnemen over circulair textiel en daarvoor maatregelen opnemen.

Hieronder staan voorbeelden van maatregelen die in een omgevingsprogramma opgenomen kunnen worden. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen maatregelen die gericht zijn op inwoners, op bedrijven, en maatregelen gericht op de overheid zelf.

Inwoners

  • Organiseer inzamelacties voor textiel.
  • Organiseer campagnes over milieu-impact textiel en wat je kunt doen om de milieu-impact te verminderen.
  • Vermeerder het aantal inzamelpunten voor textiel.
  • Organiseer campagnes gericht op reparatie van kleding.
  • Bied informatie over wat er met textiel gebeurt als je het inlevert.
  • Onderzoek de mogelijkheden om kringloopwinkels een inzamelvergoeding te bieden voor het innemen, ophalen (ook uit de kringloopcontainers op recyclepunten), repareren en verkopen van textiel of het vervoeren van gesorteerd textiel naar een recyclepunt van de gemeente.

    Door kringloopwinkels financiële ruimte te bieden, kunnen ze beter blijven bestaan in de winkelstraten en is er meer aanbod van tweedehands kleding.

Bedrijven

  • Faciliteer collectieven van ondernemers om tot ketensamenwerking te komen. Bij textiel kan het dan gaan om verschillende initiatieven in de hele keten, van de ontwerp- en productiefase en de aanschaf- en gebruiksfase tot reparatie, verwerking en hergebruik.
  • Onderzoek samen met bedrijven de mogelijkheden om statiegeld te verbinden aan kleding en bevorder de mogelijkheden om kleding te laten repareren.
  • Organiseer samenwerking tussen afvalscheidingsstations en kringloopwinkels en bijvoorbeeld een reparatiecafé en creëer ruimte rondom deze faciliteiten voor ambachtswerkplaatsen.
  • Verleen subsidie voor arbeidskosten voor het repareren, verwerken en recyclen van textiel zodat dit lokaal georganiseerd kan worden.

Gemeente/provincie

  • Doe onderzoek naar de ruimtelijke effecten van fast fashion. Als de ruimtelijke effecten van fast fashion aangetoond kunnen worden, is het mogelijk om beperkingen te regelen in het omgevingsplan voor fast fashion winkels.
    Zie verder het instrument: ‘Stel een vestigingsbeperking in voor kledingverkoop in het omgevingsplan’.
  • Reserveer fysieke en milieugebruiksruimte voor circulaire activiteiten in het omgevingsplan. Milieugebruiksruimte is de ruimte die geschikt is voor milieubelastende activiteiten, zoals een recyclingbedrijf.
  • Breng de textielketens in een gemeente/provincie in een kaart. Waar komen grondstoffen vandaan, waar gaat afgedankt textiel naartoe en welke afval- en milieueffecten ontstaan daarbij wereldwijd?
  • Realiseer samen met andere overheden een grotere schaalgrootte voor de recycling van oud textiel om daarvan nieuwe garens te maken. 

Op de website van Informatiepunt Leefomgeving vind je een handige wegwijzer voor het opstellen van een vrijwillig omgevingsprogramma.

Uit de praktijk

Beleidsprogramma circulair textiel

Het Rijk heeft het beleidsprogramma circulair textiel 2020 - 2025 opgesteld om de doelen voor circulair textiel te behalen. Hierin zijn in samenwerking met partners uit de textielketen maatregelen opgenomen voor circulair textiel tot 2025.

Uitvoeringsagenda gemeente Amsterdam

De gemeente Amsterdam heeft doelstellingen met betrekking tot circulair textiel. De gemeente wil bijvoorbeeld meer ruimte geven aan circulaire ondernemers. Ook wil de gemeente meer ondernemers stimuleren om voorlichting te geven over de impact van hun producten en hoe de levensduur van die producten kan worden verlengd. Ook transparantie in de textielketen is een speerpunt.

Om deze doelen te bereiken heeft de gemeente maatregelen opgenomen in de Uitvoeringsagenda Circulair 2023-2026 van de gemeente Amsterdam. Deze maatregelen zou je ook in een omgevingsprogramma kunnen opnemen.

Voorwaarden

  • De inhoud van een omgevingsprogramma is vormvrij, maar er moet wel ten minste een maatregel en een uitwerking van beleid in staan (artikel 3.5 Omgevingswet);
  • Een omgevingsprogramma kan gaan over een gebied of over een bepaald thema, zoals duurzaamheid of circulariteit.
  • Het omgevingsprogramma moet gepubliceerd worden in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).

Juridische toelichting

Volgens artikel 3.4 Ow kunnen zowel Rijk, provincie als gemeente omgevingsprogramma’s vaststellen voor de uitwerking van hun beleid en het treffen van maatregelen.

Een omgevingsprogramma gaat over (onderdelen van) de fysieke leefomgeving, zoals infrastructuur (artikel 1.2 Ow). In de gemeente wordt het programma vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. In de provincie door Gedeputeerde Staten.

Er zijn vier varianten van omgevingsprogramma’s:

  1. Het vrijwillige programma (artikel 3.4 Ow). Dit programma is dus niet verplicht en komt voort uit de behoefte van een bestuur zelf.
  2. Verplichte programma’s op grond van EU-wetgeving (artikel 3.6 t/m 3.9 Ow). Een voorbeeld is het Actieplan Geluid dat het Rijk en elke provincie of gemeente moet vaststellen.
  3. Verplicht programma bij (dreigende) overschrijding omgevingswaarden (artikel 3.10 Ow). Wanneer de overheid een omgevingswaarde heeft vastgesteld en deze wordt niet gehaald of het is aannemelijk dat deze niet gehaald wordt, dan moet de overheid een programma opstellen met maatregelen zodat er nog wel aan de omgevingswaarde kan worden voldaan.
  4. Programma met programmatische aanpak (artikel 3.15 t/m 3.19 Ow). Dit is ook een vrijwillig in te zetten programma dat bedoeld is voor gebieden waarvoor omgevingswaarden gelden die onder druk staan.

    De programmatische aanpak onderscheidt zich van de andere typen programma’s doordat het – naast een uitwerking van het beleid en een maatregelenpakket – ook activiteiten bevat waarop met het programma regie wordt gevoerd op het voldoen aan de omgevingswaarden.




RechtsgebiedPubliekrecht > Omgevingsrecht
CiteertitelOmgevingswet
ArtikelAfd. 3.2 (art. 3.4 e.v.)
Geldig vanafInvalid Date